Land van Cuijk

Karmelietenklooster

In de Steenstraat naast de Sint Petrusbasiliek het gebouw van het Karmelietenklooster. Het gebouw behoort tot de oudste pandencomplexen van Boxmeer. Het gebouw is in 1654 gesticht door graaf Albert van den Bergh en zijn vrouw Madeleine de Cusance. Voordat zij de officiële bisschoppelijke toestemming voor de kloosterstichting hadden verkregen, was men al met de bouw begonnen, die van 1653 tot 1709 heeft geduurd. De Karmelieten gingen de zielzorg in Boxmeer en omgeving voor hun rekening nemen.
Architect en aannemer van het klooster zijn onbekend. Het grondplan toont de typische structuur van een klooster van de bedelorden: vier vleugels in twee bouwlagen en zolder rondom een open binnenplaats. In het klooster bevinden zich achttien prachtige glas-in-loodramen uit de zeventiende eeuw, naar ontwerpen van Abraham van Diepenbeeck, met voorstellingen gewijd aan de Karmel. Andere bijzondere stukken die we in het klooster aantreffen zijn zes olieverfschilderijen uit het Kasteel met daarop drie generaties graven en gravinnen van het Huis Bergh en het Huis Hohenzollern, uit de 17e en de 18e eeuw. Het klooster zelf wordt op passende wijze geflankeerd door de Latijnse school uit 1707 en een poortgebouw uit 1653. Dit is voorzien van renaissance versieringen. Boven de doorgang in dit poortgebouw de wapens van graaf Albert van den Bergh en Madeleine de Cusance. Opvallend is dat de fraaie voorgevel van het klooster aan de tuinkant en niet aan de straatzijde ligt. Hiermee wilden de karmelieten de voornaamste trek van hun spiritualiteit uitdrukken: een leven met God, in stilte, ingekeerdheid en gebed. In 1927 werd aan de tuinkant een groot noviciaatgebouw neergezet. Thans zijn noviciaatgebouw en Latijnse school opgenomen bij de woon- en werkruimten van de Boxmeerse kloostergemeenschap. In dit klooster werkte de componist Benedictus Buns (1641-1716).