Centrum
De Vaart
In de crypte onder de kerk vond rond 1400 het zogenaamde Bloedwonder plaats. De overlevering verhaalt dat een priester twijfelde aan de omzetting van brood en wijn in lichaam en bloed van Christus. Het bloed bruiste over de kelk en een druppel bleef op de corporale (witte doek) achter nadat de priester zijn fout erkende. Dit doek is bewaard gebleven en opgeborgen in de zilveren reliekschrijn. Deze gebeurtenis maakte van Boxmeer een bedevaartplaats. Nog altijd trekt elk jaar op de tweede zondag na Pinksteren, de zogenaamde Vaartzondag, een processie door de straten van Boxmeer om het Bloedwonder te herdenken.Het reliek wordt bewaard in een koperen en zilveren schrijn uit 1656, geschonken door graaf Albert van den Bergh en zijn echtgenote Madeleine de Cusance. Daar omheen zit weer het oorspronkelijke verguldkoperen reliekschrijn uit 1482, geschonken door Johannes van Meer, kanunnik te Zutphen. De huidige schrijn is gesmeed door Rhabanus Raab, stamvader van een bekend geslacht zilversmeden in Boxmeer.